Verslag Fieldlab: NP Onderwijs in zeven gemeenten

Om het onderwijs te ondersteunen bij het herstellen van de coronacrisis investeert de overheid met het Nationaal Programma Onderwijs 8,5 miljard. Niet alleen scholen, maar ook gemeenten krijgen budget. Gemeenten kunnen hiermee een rol vervullen in de voorschoolse educatie en in het primair en voortgezet onderwijs. In dit fieldlab gingen Heleen Versteegen (Sardes) en Anja de Rooij (CED-groep) van het GOAB-consortium in gesprek met zeven gemeenten: hoe pakken zij de uitvoering van het NP Onderwijs in hun gemeente aan?

Vanuit het Rijk zijn er verschillende belangrijke informatiebronnen gedeeld wat betreft de besteding van de NP Onderwijs middelen. In het verslag is kort terug te lezen wat de belangrijkste speerpunten zijn. Na het vaststellen van deze kaders en randvoorwaarden hebben de deelnemende gemeenten met elkaar besproken hoe zij aan de slag zijn gegaan met het NP Onderwijs. 

De aanwezige gemeenten (Assen, Brunssum, Eindhoven, Stichtse Vecht, Katwijk en Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk) gaven bijna allemaal aan hun middelen voornamelijk te willen inzetten bij het versterken en verduurzamen van het huidige aanbod. Naast duurzame inzet is het doel dat het voortbouwen op de aanwezige infrastructuur samenwerking versterkt. In het bijzonder wordt vaak aangehaakt bij domeinoverstijgende initiatieven die al voor corona waren opgezet.

Naast overeenkomsten en goede voorbeelden komen er ook verschillen en onduidelijkheden naar voren. Zo verschilt het tempo waarmee gemeenten het NP Onderwijs aanpakken. Ook kwamen er vragen naar voren over de precieze bestedingsdoelen van de middelen en bleek er behoefte aan meer praktijkvoorbeelden. 

Meer lezen over de aanpak van deze gemeenten? Bekijk dan hieronder het verslag. 



Delen