Gemeenten bepalen zelf wie tot de doelgroep behoort, en dus in aanmerking komt voor voorschoolse educatie. Er zijn geen regels met betrekking tot het intrekken van een indicatie. In algemene zin raden we het af om de ve-indicatie stop te zetten. Het gaat hoofdzakelijk om kinderen die een (risico op een) (taal)achterstand in het Nederlands hebben vanwege minder gunstige thuisomstandigheden (denk aan armoede, stress, praktisch opleidingsniveau van ouders, korte verblijfsduur in Nederland, sociaal isoloment), kinderen uit kwetsbare maatschappelijke groepen dus. De kinderen hoeven niet feitelijk een (taal)achterstand in het Nederlands te hebben. Het risico bestaat dat bij het wegvallen van de indicatie – en daarmee dus het extra ontwikkelingsgerichte aanbod – ze wél een (taal)achterstand in het Nederlands ontwikkelen ten opzichte van kinderen die van huis uit taalontwikkelingsstimulering krijgen.