Samenvatting EVENING-onderzoek: een natuurlijk experiment in Nederlandse gemeenten

Wat is het effect van meer uren voorschoolse educatie en extra ondersteuning op jonge kinderen met een risico op onderwijsachterstand? Die vraag stond centraal in het EVENING-onderzoek (Effectstudie Voorschoolse Educatie), uitgevoerd door de Universiteit Utrecht en Sardes. Tussen 2019 en 2024 onderzochten zij de effecten van twee landelijke beleidsmaatregelen in de voorschoolse educatie. Bekijk de belangrijkste bevindingen en aanbevelingen in de samenvatting. 

Twee beleidsmaatregelen onderzocht

Het EVENING-project evalueerde:

  • De uitbreiding van het aantal uren voorschoolse educatie: Sinds augustus 2020 is het verplichte aanbod voor doelgroeppeuters verhoogd van 600 naar 960 uur tussen 2,5 en 4 jaar oud (vaak 16 uur per week).
  • De norm voor inzet van pedagogisch beleidsmedewerkers: Vanaf januari 2022 geldt een landelijke urennorm, gebaseerd op het aantal doelgroeppeuters per kindcentrum.

Meer uren, meer ontwikkeling.

De uitbreiding van het aantal uren blijkt effectief. Doelgroepkinderen maken meer gebruik van de voorschoolse educatie en de extra uren worden benut voor educatieve activiteiten. Dit heeft geleid tot verbeteringen in taalvaardigheid, fijne motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.

 

Toename kwaliteit pedagogische beleidsmedewerkers

Het onderzoek laat ook zien dat de educatieve proceskwaliteit van voorschoolse educatie de afgelopen jaren is toegenomen. De resultaten laten zien dat de kwaliteit van de begeleiding is verbeterd. Pedagogisch beleidsmedewerkers geven kinderen meer feedback, bieden betere ondersteuning en gebruiken rijker en gevarieerder taalgebruik, en dat heeft een positief effect op de taalontwikkeling van doelgroeppeuters.

 

Bekijk de conclusies en aanbevelingen in de samenvatting van het EVENING-onderzoek. 

Delen