Toezicht door de GGD en Inspectie van het Onderwijs

De wet schrijft voor dat er afspraken gemaakt worden en dat er jaarlijks overleg moet plaatsvinden met de schoolbesturen en aanbieders van voorschoolse educatie (WPO art. 167). Er zijn geen wettelijke eisen aan gemeenten om hun VVE-beleid systematisch te evalueren en te verbeteren. Uiteraard is het wel zinvol om deze gemaakte afspraken regelmatig tegen het licht te houden. Verder is er de verplichting voor gemeenten om voldoende aanbod VVE te bieden (WPO artikel 166) en om toezicht te houden op VVE in de peuterspeelzalen en kinderopvang. Dit laatste gebeurt doorgaans – in opdracht van de gemeente - door de GGD die de basisvoorwaarden voor voorschoolse educatie toetst.

De GGD

De GGD inspecteert elk jaar, onaangekondigd, elke dagopvang, buitenschoolse opvang en elk gastouderbureau, en een selectie van de gastouders. De GGD houdt rekening met eerdere ervaringen. Als een opvanglocatie het in het verleden goed deed, dan wordt ze het jaar daarop minder intensief geïnspecteerd. De GGD inspecteert verschillende kwaliteitsdomeinen, zoals de veiligheid, accommodatie en het pedagogisch beleid. De GGD schrijft na iedere inspectie een rapport en publiceert het op de website van het Landelijk Register Kinderopvang. De ondernemer is verplicht het rapport met de oudercommissie te bespreken en op de website van de opvang te plaatsen. In het inspectierapport geeft de GGD een advies aan de gemeente om al dan niet te handhaven. Als een ondernemer niet voldoet aan de regels kan de gemeente besluiten tot het nemen van maatregelen.

De Inspectie van het Onderwijs

De Inspectie houdt toezicht op voor- en vroegschoolse educatie (VVE) en voert interbestuurlijk toezicht uit op de taken en verantwoordelijkheden van gemeenten in het kader van de wet- en regelgeving kinderopvang. De onderwijsinspectie is verantwoordelijk voor de tweedelijns inspectie van de kinderopvang. Dit houdt in dat zij het toezicht door de GGD en de handhaving door de gemeente controleert. De onderwijsinspectie vormt een oordeel op basis van de jaarverslagen van de gemeente en heeft een signalerende functie richting het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.


Delen